verzorging

Zijdehoenders zijn in feite niet moeilijker te houden dan andere kippen, al lijken ze door hun zachte “haren” fragieler te zijn.

Het grote verschil met andere kippen is wanneer het regent.

Normaal loopt het regenwater over de veren en alzo wordt de onderdons van kippen niet nat, wat dus een bescherming is tegen kou. Zijdehoenders hebben  geen veren en kunnen daarom “kletsnat” worden, wat betekend dat ze, vooral in het koele voor– en najaar, verkoudheden kunnen oplopen, die hardnekkig en vervelend kunnen zijn!

Een droog hok is daarom van belang, al hoeft dit niet groot te zijn. 1m3 is ruim voldoende voor vier a vijf hoenders. Zitstokken hoeven niet aanwezig te zijn vermits zijdehoenders gewoon op de grond, gezellig naast mekaar slapen.
Als het mogelijk is een afdak te voorzien, waaronder droog zand gemengd met houtkrullen gelegd is, zullen de dieren je belonen met “zandbad kapriolen” (zie foto rechts boven).

Gemengd graan, aangevuld met onderhoudskorrel, is in principe voldoende, op voorwaarde dat er beschikking is over gras en/of een buiten loop met enig groen.
Binnenblijvers hebben andere behoeften zodat aanvullende voeders noodzakelijk zijn.

Ideaal is het regelmatig bijvoeren van appels, peren, groenvoer enz…, behalve vette en gekruide tafelafval ! Afwisseling in het voedsel aanbod is altijd goed.

Onze dieren worden wekelijks verwend met een portie (+/- 1 eetlepel / hoen) gemalen droog brood, of havermout vermengd met karnemelk of yoghurt.

Doordat zijdehoenders niet vliegen is een afrastering van +/- 60 cm hoogte, voldoende.

Zijdehoenders leggen in vergelijking met sommige rassen, weinig eieren per jaar (+/-110), maar worden wel redelijk snel broeds. De eieren zijn net zo goed eetbaar als van andere kippen, ook het vlees is heel fijn van structuur, al heeft het een donkere kleur.

Broedsheid komt vaak al na het leggen van een tiental eieren, waarna men de hennetjes best enkele weken (3—4) met rust laat.

Na die periode nemen ze weer blij gemoed deel aan het normale “kippenleven”.